Japan, oftewel The land of the rising sun. Ik heb hier ruim 2,5 week mogen genieten tijdens onze vakantie, in een wereld die zoveel anders is dan wij gewend zijn. Daarnaast heeft Japan het eiland Okinawa, een van de blauwe zones op de wereld waar de meeste mensen wonen die 100+ jaar oud worden. Tijdens mijn opleiding tot Vitaloog hebben we het over dit bijzondere eiland gehad, dus toen we besloten naar Japan te gaan was dat misschien wel mijn belangrijkste must-see. Of ik inmiddels het geheim ondekt heb om 100 te worden? Misschien wel…
Laten we beginnen met dat ik geen Japan expert ben. Ik heb geen uitgebreid onderzoek gedaan, ik ben alleen zelf gaan ervaren hoe het leven er daar uit ziet. En ook al heeft Japan veel te bieden waar wij nog wat van kunnen leren, ook daar is het niet perfect en ook daar wordt niet iedereen zomaar 100.
Qua voeding hebben de Japanners het goed geregeld. De basis bestaat uit granen, veel vis en groenten, weinig fruit en kleine stukken vlees. Bijna alles wat er gegeten wordt is te verbouwen of te krijgen op hun eigen eiland. Wat je er ook eet en in welk restaurant je ook komt, je kunt altijd rekenen op kwaliteit en het eten zit bomvol smaak.
Een traditionele maaltijd in Japan bevat altijd rijst, miso soep en thee. Daarbij worden tofu, vis en groenten geserveerd met eventueel een aanvulling van noodles of een klein stukje vlees. Het viel mij op dat ik daar na geen enkele maaltijd een energie-dip had. Er wordt weinig suiker gebruikt en ook toetjes kennen zij eigenlijk niet echt. Als toetje in Japan kun je een klein bolletje ijs met wat fruit krijgen, of bijvoorbeeld een gelei met fruitsmaak, alles in hele kleine porties. Het meest ongezonde traditioneel Japans eten uit de snackbar bestaat uit een kommetje rijst met tempura groenten of vis. Het is dan ook moeilijk om een Japanner met serieus overgewicht te vinden.
Wat ik zelf jammer vind is dat Japan, net als de rest van de wereld, wordt beïnvloed van buitenaf. Zo is er inmiddels ook gewoon een McDonalds, een Burger King en een Starbucks te vinden. En waar je 10 jaar geleden nog rijst kreeg bij je hamburger zijn dat inmiddels ook frietjes geworden.
Als we verder kijken naar de leefstijl op Japan, wordt er veel harder gewerkt dan hier in Nederland. De meeste Japanners eten hun avondmaaltijd op hun werk en werken door tot in de late uurtjes. Iedere dag opnieuw, en dat is niet omdat ze ’s ochtends zo laat beginnen. Daar staat wel tegenover dat de Japanners heel erg trots zijn op wat ze doen, wie ze zijn en waar ze vandaan komen. Die trots zorgt ervoor dat ze, ondanks de vele uren die ze maken, daar heel wat minder stress van zullen ervaren. Vertel een willekeurige serveerster in een restaurant dat je het eten lekker vond en ze staan helemaal te glunderen.
Ook de discipline van de Japanners is iets waar wij Nederlanders nog wat van kunnen leren. Overal zijn regels voor en iedereen houdt zich hieraan. Zo is heel Japan brandschoon. Op de openbare toiletten kun je bijna van de wc-bril eten. Er staan zo goed als geen prullenbakken maar er is ook geen prulletje te vinden op straat. Elke Japanner heeft een tasje bij zich om hun afval te verzamelen. In het meest extreme geval wordt zelfs de as van een sigaret in een etuitje opgevangen zodat het niet op straat terecht komt.
Er loopt ook nooit niemand door rood, alles gebeurt precies op tijd en is netjes gestructureerd en georganiseerd. Aan de ene kant geeft dat weinig flexibiliteit, want uitzonderingen worden dan ook niet gemaakt. Maar het geeft ook mogelijkheden. Tijdens de parade in Universal Studio’s bijvoorbeeld, wordt je halverwege uitgenodigd om op straat, tussen de wagens, mee te feesten. En wanneer het tijd is om verder te gaan staat iedereen binnen 30 seconden weer keurig netjes langs de kant en is de straat weer vrij. Probeer dat maar eens in Nederland voor elkaar te krijgen.
Familie en wederzijds respect is ook heel belangrijk in Japan. Iedereen staat overal netjes in de rij, Japanners zijn heel beleefd en tegelijkertijd ook super behulpzaam. Jongeren die de trein in stappen zullen altijd eerst om zich heen kijken of er iemand slecht ter been is en misschien wil zitten voordat zij dat doen. Het wordt ook als een eer gezien om voor je ouders en grootouders te zorgen wanneer zij oud zijn. Ik heb me overal dan ook heel erg welkom gevoelt, en ook al begrijpen de Japanners dat je als toerist niet alle regels en gewoontes kent, wanneer je je een klein beetje probeert aan te passen krijg je daar heel veel waardering voor. Ze zijn inmiddels niet voor niets zo trots op hun cultuur.
Een laatste ding dat ik in Japan heel erg heb leren te waarderen is hun geloof. De twee grootste religies in Japan zijn Shinto en het Boeddhisme. Het Shinto komt van origine uit Japan en het heeft heilige tempels, maar ook dieren, stenen, bomen en andere objecten zijn heilig verklaard. Op deze heilige plekken komen de Japanners om te bidden en hun wens uit te spreken. Dat doen ze door muntjes achter te laten en hun gebed in stilte te doen, of om hun wens op een plankje te schrijven en deze daar op te hangen. Op die manier kan iedereen zijn eigen woorden geven aan een gebed, wat het niet alleen veel moderner maar naar mijn mening ook een veel mooier geloof maakt. De tempels zijn voor iedereen toegankelijk en het zijn de meest prachtige gebouwen. Je vindt ze dan ook overal en nergens dus ze zijn niet te missen.
Bij deze tempels zijn vaak ook rust-ruimtes te vinden. Dit zijn plekken waar bankjes staan en je in stilte kunt zitten en voor je uit kunt kijken, om even helemaal niets te doen. Hoe vaak doe jij even helemaal niets?
Al deze gewoontes helpen zeker wel mee om een gezonder leven te leiden. En op Okinawa doen ze daar nog een schepje bovenop. De mensen daar zien er net wat anders uit en je merkt dat ze verder weg wonen van alle hectiek die er soms op het hoofdeiland is.
De basis principes van de mensen op Okinawa zijn hetzelfde als die van de Japanners, maar de stijfheid is eraf. De mensen zijn meer open, socialer en nieuwsgieriger dan op het hoofdeiland. In de kleine dorpjes wordt er voedsel verbouwd, die je terug ziet in de supermarkten. De originele huizen op Okinawa zijn klein en primitief. Mensen hadden geen stoelen maar zaten op kussentjes in kleermakerszit of op hun hurken, wat beter is voor je houding. Slapen deed je op de grond en de matrassen werden overdag opgeborgen. In Japan zijn er nog verschillende plekken, Ryokan genaamd, waar je in dit soort verblijven kunt overnachten.
Maar ook Japan wordt moderner en op de meeste plekken zijn er nu gewoon stoelen en normale bedden te vinden. Ook is er op Okinawa een grote Amerikaanse legerbasis, waardoor de invloeden van Amerika duidelijk terug te vinden zijn. Dus jammer genoeg zie je op Okinawa ook langzaam aan steeds meer American diners waar je zoveel kunt eten als je wilt. Daar staat wel tegenover dat er op Okinawa meer Engels gesproken wordt en je merkt dat de mensen daar meer reizen en wat van de wereld zien in tegenstelling tot de Japanners op het hoofdeiland. Wie weet draagt dat juist bij aan nog meer levensjaren.
De mensen op Okinawa beweren zelf dat ze zo oud zijn geworden door de gele wortel die daar te krijgen is, maar als ik kijk naar de hele manier van leven, zeker in het traditionele Japan, dan hebben ze het daar gewoon beter geregeld. Gezonder voedsel, hard werken, trots op hun land en cultuur, respect naar elkaar, iets om in te geloven en een organisatie en structuur die voor heel wat minder stress zorgt. En als je dan ook nog op een eiland woont waar het nooit kouder wordt dan een graad of 17, met parelwitte stranden en een helder blauwe zee zou ik het daar ook makkelijk 100 jaar volhouden.